Mark Van de Voorde: ‘Stop met angst aan te wakkeren’

Gebeurtenissen als die van 22 maart 2016 plaatsen grenspalen in de tijd: er was een ‘voor’ en er is een ‘na’. Die grenspalen mogen echter niet de respectieve bordjes dragen van ‘veilig’ en ‘onveilig’. Alles moet in het werk worden gesteld om zo snel mogelijk terug te keren naar het land van veiligheid. Hebben we dat gedaan? Ja en neen.

Veiligheid is meer dan een feit, het is ook een gevoel. Zoals de Amerikaanse choreografe Yvonne Rainer schreef, ook “feelings are facts“. Gevoelens van onveiligheid zijn even echte maatschappelijke feiten als de werkelijke toestand van veiligheid. Veiligheid is een meervoudig begrip. Naast de objectieve veiligheid – het feitelijke niveau van gevaar en de feitelijke toestand van paraatheid – is er ook de subjectieve veiligheid – of de burger zich veilig voelt en de genomen maatregelen vertrouwt. Het verband tussen de objectieve en de subjectieve veiligheid is niet vanzelfsprekend.

Wil men in een land de veiligheid herstellen, dan moet men niet alleen werk maken van de feitelijke veiligheid, maar ook sleutelen aan de (on)veiligheidsgevoelens. Het komt erop aan om zo snel mogelijk de gevoelens van de burgers in overeenstemming te brengen van de werkelijkheid. Angst moet vertrouwen worden. Gebeurt dat niet, dan worden de angstgevoelens bestuurlijk onbeheersbaar maar politiek manipuleerbaar. Gevoelens hebben hun terechte plaats in het weefsel van de maatschappelijke allertheid, maar ze mogen niet het tegenovergestelde blijven van de werkelijkheid.

Voorbeeld voor het buitenland

Inzake het herstel van de objectieve veiligheid heeft onze overheid voortreffelijk werk geleverd. Gezien de ongrijpbaarheid van terreur is ze een voorbeeld geweest voor het buitenland door de wijze waarop ze de terroristen wist te lokaliseren en de netwerken wist te ontrafelen. Niet alleen de (achteraf bekeken relatieve) snelle respons en het kordate politionele optreden maar ook de verbeteringen aan de opsporingstechnieken en de verfijning van de risicoanalyses hebben ertoe bijgedragen dat de feitelijke veiligheid snel werd hersteld (ondanks het behoud van niveau 3).

Ook het veiligheidsgevoel – de subjectieve veiligheid – leek zich snel te herstellen. Althans aan de oppervlakte. Het gewone leven werd weer opgenomen. Alleen de toeristen bleven langer dan nodig weg. Dat was niet de schuld van onze overheid, maar was het gevolg van de paniek bij buitenlandse overheden en touroperators. Onder die oppervlakkige terugkeer naar het vertrouwde leven is wel een dieperliggend onveiligheidsgevoel blijven kankeren. Daar hebben de politiek en de sociale media wel wat mee te maken.

Amalgaam

Het maatschappelijke (on)veiligheidsgevoel kun je vergelijken met de menselijke huid. Ons directe angstgevoel is onze geestelijke opperhuid die, zoals de lichamelijke huid, bij hoge druk ter bescherming snel kan vereelten. Het latende angstgevoel daarentegen ligt in onze geestelijke lederhuid waar de zenuwen zich bevinden.

Omdat we ons van onze latente angst minder bewust zijn, kan deze ongemerkt worden geprikkeld. Dat hebben sociale media en sommige politici helaas ook meer dan een beetje gedaan. Door de identificatie van de hele islam met het terrorisme, door een amalgaam te maken van vluchtelingen en geradicaliseerden, door in elk cultureel verschil een botsing der beschavingen te willen zien. De latente angst werd daardoor een bijna existentiële angst bij een deel van de bevolking. Omdat angst redeloos is, mag hij niet lang duren. Wie te lang bij zijn angst blijft stilstaan, gaat die cultiveren tot een levenshouding. Wie angst als levenshouding heeft aangenomen, gaat zich gedragen als een slachtoffer op zoek naar wraak en revanche.

Het vreemde is dat nogal wat mensen zich zo gedragen, terwijl de echte slachtoffers van de aanslagen van een jaar geleden geen haat koesteren en geen wraak willen nemen maar vaak pleitbezorgers zijn van verzoening en maatschappelijke verbondenheid. Misschien wel omdat zij weten wat echte angst is.

Bron:Redactie.be

Laat een reactie achter