Saskia Van Den Kieboom en Niek Everts: ‘Als hulp verlenen ook hoop verlenen zou zijn’

Auteurs: Niek Everts & Saskia Van Den Kieboom. Straatpastoraat ’t Vlot en Straatoverleg Antwerpen. Ze herdenken de gestorven straatbewoners op 2 maart om 16 uur op het Hendrik Conscienceplein in Antwerpen. Van begin 2017 tot nu stierven in Antwerpen 35 straatbewoners, vaak in schrijnende omstandigheden. Niek Everts en Saskia van den Kieboom willen iedereen gedenken.

Het is koud buiten. Mensen zijn meer dan anders bekommerd om de mensen die moeten overleven op straat. Er wordt weleens gedacht dat dak- en thuislozen vooral sterven in de winter, in de vrieskou, alleen op een bank. Dat gebeurt helaas. Zo is er gisterochtend in Berchem een Roemeense man gevonden op straat, doodgevroren. Een dag eerder is een straatbewoner in het ziekenhuis overleden. Vreselijk en onrustwekkend. Maar eigenlijk hebben mensen die overleven op straat het hele jaar door onze bekommernis nodig, want het hele jaar door zijn er overlijdens.

In de stad Antwerpen komen maandelijks enkele welzijnswerkers van het Straatoverleg samen om te overleggen hoe ze vanuit hun diverse organisaties hun ‘gasten’ zo optimaal mogelijk kunnen omringen en begeleiden. Wie zijn hun ‘gasten’? Straatbewoners. Dit is een verzamelnaam voor: dakloze mensen, thuisloze mensen (mensen die wel een dak boven hun hoofd hebben maar geen plaats waar ze zich thuis voelen) en verslaafde mensen, die vaak verslaafd zijn aan verboden middelen, waardoor ze gemarginaliseerd en gecriminaliseerd worden.

De familie van de straat

Dit brede netwerk van het Straatoverleg probeert ook te zorgen voor alle straatbewoners die overlijden. Streefdoel is om te voorkomen dat ze anoniem blijven en om mee te werken aan een waardig afscheid voor iedereen. Geen eenzame uitvaarten, wel uitvaarten waarbij de ‘familie van de straat’, liefst samen met de biologische familie, de kans krijgt om afscheid te nemen. Het voorbije jaar (van januari 2017 tot januari 2018) telde de lijst van de Antwerpse Straatdoden 33 namen. De lijst van de voorbije vijf jaar telde 134 namen.

Toen de deelnemers van het Straatoverleg die lijst samen bekeken, vielen enkele zaken op. Mensen op straat sterven van ontbering en uitputting. Het leven op straat is hard, het is iedere dag opnieuw overleven. Op straat zijn mensen geestelijk en lichamelijk veel sneller uitgeput. Toegang tot genoeg en gezond voedsel is helaas geen evidentie. Er zijn voedselbedelingen, maar die kunnen geen rekening houden met allerlei dieetvoorschriften. Groenten en fruit worden gegeven, maar te weinig. Soms moeten mensen toekomen met alleen soep en brood op een dag.

Mensen op straat hebben vaak te kampen met diverse gezondheidsklachten en vinden vaak niet de toegang tot medische zorg en medicatie, waardoor ze niet beter kunnen worden, maar alleen maar zieker. Behalve lichamelijke klachten hebben ze dikwijls ook tal van psychische klachten die niet behandeld worden. Vaak met depressies en middelenmisbruik tot gevolg en soms met de dood.

Vicieuze cirkel

Enkele mensen zijn overleden aan een overdosis drugs. Misschien had dit kunnen voorkomen worden als drugsgebruik uit de criminele sfeer gehaald werd, waardoor een meer gecontroleerd en veiliger gebruik voor deze mensen mogelijk was geweest. Misschien had dit ook kunnen voorkomen worden als we deze mensen een ander perspectief hadden kunnen bieden dan de uitzichtloze vicieuze cirkel waarin ze vast zaten. Als hulp verlenen ook hoop verlenen zou zijn.

Daarvoor zijn tijd, geduld en een groot menselijk netwerk nodig. Een netwerk dat elk mens als mens respecteert. Een netwerk dat gelooft in de goedheid van elk mens. Mensen die op straat leven hebben nooit gewild dat hun problemen jouw problemen zouden worden, maar door omstandigheden zijn ze in deze situatie beland. Het zijn mensen van goede wil, met kwaliteiten en met toekomstdromen. Laten we ze niet nog verder afbreken maar ze helpen om iets op te bouwen. Dat opbouwen moeten ze zelf doen, maar we kunnen als samenleving wel bekommerd zijn en toezien op rust en veiligheid, zodat het vertrouwen ontstaat om het leven weer in handen te nemen.

 

Bron: De Standaard

Laat een reactie achter