Steven Van Hecke: ‘Von der Leyen blijft bij haar mantra’

Wie in de aanhoudende energiecrisis alle hoop op Europa had gesteld, was er woensdag aan voor de moeite. Zoals verwacht toverde Ursula von der Leyen in haar derde en voorlaatste State of the Union geen mirakeloplossing uit haar hoed. Voor de Europese Commissie lijkt geen glansrol weggelegd en dan is het wellicht beter de verwachtingen naar beneden bij te stellen. De Commissievoorzitter maakte handig van de gelegenheid gebruik om nogmaals haar voorstellen op te sommen: van energiebesparingen over een belasting op overwinsten tot een solidariteitsbijdrage van de fossiele sector.

Alleen nieuw waren het bedrag dat die maatregelen moeten opleveren en de aankondiging dat onderzocht zal worden hoe de elektriciteitsprijs kan worden losgekoppeld van de gasprijs. Over dat laatste bleef ze summier, want bij de lidstaten is onvoldoende draagvlak voor zo’n prijsplafond. Bovendien kan met zo’n ingreep de bevoorradingszekerheid wel eens in het gedrang komen, net nu de Europese Unie daar de voorbije maanden succes heeft geboekt. Van schaarste is op korte termijn immers geen sprake meer. Op dit moment speelt alleen de energieprijs ons danig parten.

Een zachtere toon aanslaan tegenover Moskou staat alleszins niet op het programma. Integendeel, volgens von der Leyen was onze verslaving aan goedkoop Russisch gas een strategische blunder. In haar toespraak sloeg ze daarover een opvallende mea culpa. De landen van Centraal- en Oost-Europa waren terecht argwanend tegenover de Russische president Vladimir Poetin. West-Europa heeft al die jaren de waarschuwingen in de wind geslagen. Sinds de inval in Oekraïne zit iedereen op een lijn: het Kremlin is de vijand. De EU lijkt haar lesje te hebben geleerd want volgens de Commissievoorzitter is het niet de bedoeling de ene afhankelijkheid in te ruilen voor een andere. Versta: we gaan ons niet opnieuw chanteerbaar maken.

Het komt er dus op aan de strategische autonomie van de Unie te bewaken en uit te breiden, bijvoorbeeld in de aanvoer van grondstoffen die nodig zijn voor onze industrie. Von der Leyen verwees niet expliciet naar China, maar in Peking hebben ze de boodschap wellicht begrepen. Europa gaat naarstig op zoek naar alternatieve leveranciers en het is belangrijk in ruil strenge voorwaarden op tafel te leggen, onder meer over de toegang tot de interne markt. Met andere woorden: conditionaliteit is geen taboe meer in de relatie met andere landen en de EU is voortaan bereid haar marktmacht te gebruiken.

Een ferme dosis pathos

Dat lef wordt geschraagd door de superioriteit van het Europese model, valt tussen de regels te lezen. Onze sociale markeconomie en liberale democratie blijven de beste manier om welvaart te creëren en vrijheden te garanderen. Voorwaarde is wel dat we intern geen steken laten vallen. Onze overheden mogen de economisch zwakste spelers niet in de kou laten staan en aan de principes van de rechtstaat kan niet worden getornd. Aan kandidaat-lidstaten worden terecht hoge eisen gesteld, maar ook in de EU is bijvoorbeeld geen plaats voor corruptiepraktijken. Naast een duidelijke sneer aan het adres van de Hongaarse premier Viktor Orbán betekent het ook dat de Unie haar eigen geloofwaardigheid niet mag ondergraven als ze wil uitgroeien tot een internationale speler van formaat.

Al sinds haar aantreden vormen strategische autonomie, conditionaliteit en versterking van de democratie de mantra van Von der Leyen. Die leidraad van haar zelfbenoemde geopolitieke Commissie – grotendeels in lijn met wat de Franse president Emmanuel Macron voor ogen heeft – verklaart waarom ze zo veel aandacht blijft besteden aan de oorlog in Oekraïne. Het is de lakmoesproef van haar beleid. Bombastisch taalgebruik en een ferme dosis pathos horen daar voor een sluwe politica als von der Leyen bij. Zoals ze in Straatsburg onderstreepte: ‘Dit is een oorlog die gaat over onze energie, onze economie, onze waarden en onze toekomst.’

Kritiek is toegestaan, maar niemand kan von der Leyen verwijten dat er geen lijn in zit, al zeker niet in haar woorden. Of haar daden even indrukwekkend zijn, daarover valt uiteraard te discussiëren. Om definitief haar stempel op de EU te drukken heeft ze wellicht een tweede mandaat als Commissievoorzitter nodig. Benieuwd of ze volgend jaar in haar voorlopig laatste State of the Union voor de Europese parlementsverkiezingen van mei 2024 en het aantreden van een nieuwe Commissie in haar kaarten laat kijken.

Bron: De Tijd

Laat een reactie achter