Mark Van de Voorde: ‘Graaicultuur nekt solidariteit’

De bankiers van de Londense City verwachten dit jaar 7,2 miljard pond bonussen. Vorig jaar streken ze ‘slechts’ 6,7 miljard pond aan bonussen op. Als de verwachtingen kloppen, steken de Londense bankiers dit jaar 7 procent meer op zak. Op dezelfde dag dat dit vooruitzicht werd bekendgemaakt, stond in de Britse kranten eveneens te lezen dat het inkomen van het modale gezin in het Verenigd Koninkrijk is gedaald met 7 procent. Het lijkt wel of de rijken hun bonussen rechtstreeks uit de zakken van de mensen halen.

Misschien is dat wel zo. In België heeft de staat opnieuw een bank moeten redden, omdat deze snelle winst zocht en daarvoor met het geld van de kleine spaarder speculeerde op ‘te verwachten marktevoluties’. Beleggen in risicovolle producten behoorde niet tot de opdracht van de bank. Maar geen bestuurder die erom maalde, want kortstondige winsten en opgekrikte jaarcijfers leveren fantastische bonussen voor management en bestuur. Gegraaid uit de zakken van de gewone mensen, in zekere zin.

Genot als zin van het leven?

De bankiers zien nog altijd niet dat ze iets fout hebben gedaan. Als ze al beschaamd zijn, is het voor de imagoschade die ze hebben opgelopen. Immoreel? Kom nou! Hooguit een riskant handigheidje uitgehaald. Het bracht ook op, althans voor de bank. Dus hadden ze recht op die bonussen. Exuberant? Wat heet exuberant: recht is recht, toch? Gevaarlijke beleggingen die ook gevaarlijk zijn voor de economie en de samenleving? Dat was nu eenmaal het risico.

Hoe is het zover kunnen komen? Omdat de hele samenleving egoïstisch is geworden. Bankiers doen in het groot wat anderen in het klein doen. Hoe dat komt? Omdat de ethici die wilden afrekenen met de christelijke moraal – die de anderen op gelijke hoogte plaatst als onszelf – al jaren zeggen dat ‘ik’ de norm is en genot de zin van het leven. Bankiers doen slechts wat die ‘liberale’ ethici hebben voorgehouden.

Maandag 17 oktober viert het ACV in Mechelen zijn 125-jarig bestaan. Die vakbond ontstond in de negentiende eeuw, toen het liberalisme van de maximale winst hoogtij vierde en het volk verpauperde. Na 125 jaar strijd mogen de vakverenigingen, de christelijke en de andere, constateren dat ze veel hebben bereikt. Zonder hen zou de welvaartsstaat niet zijn ontstaan.

Achter die strijd zat een morele verontwaardiging over sociale wantoestanden, maar ook een morele visie van solidariteit. Het ging om meer dan de verdediging van de gemeenschappelijke individuele belangen, maar ook om het algemeen belang zelf. Dat er een algemeen belang was dat meer was dan de Adam Smiths ‘onzichtbare hand’ van alle samenklonterende egoïsmen, zat geheid in een ethisch fundament. Namelijk dat de mens pas mens is, als hij medemens is.

Fier op de vakbond

De viering van 125 syndicale strijd mag best een hoog fierheidsgehalte hebben. Toch zouden achter het majeure Overwinningskoor enkele backing vocals iets in mineur mogen zingen. Want de sociale verworvenheden staan op de helling. Dat we afdragen voor anderen, begrijpen steeds minder mensen. Zorgen voor jezelf is de mantra. De markt heeft zich allang georganiseerd als aanvulling op de sociale zekerheid. Waarom niet als alternatief, denken neoliberalen steeds luider. En de mensen ook.

De roep om algemeen welzijn is bij de massa al lang vervangen door de honger naar individuele wellness. Zelfs de ‘Maand van de spiritualiteit’ doet eraan mee: op zoek naar jezelf, niet naar het hogere.

Je kunt solidariteit slechts organiseren en een solidaire samenleving slechts inrichten, als de morele verontwaardiging is ingebed in een ethische visie op de mens als medemens en op de samenleving als gemeenschap.

Er is geen ‘wij’ meer waar we voor opkomen. Ja, soms even weer, maar dan alleen als er een duidelijk ‘zij’ tegenover staat: wij tegenover zij (de vreemdelingen bijvoorbeeld). Dat noemen we dan geen collectieve solidariteit, maar collectief egoïsme van een samenleving van egotrippers.

Dat in het Verenigd Koninkrijk nu al 23 procent van de kinderen in armoede opgroeit, en ook bij ons het aantal armen toeneemt, zal de bankiers een zorg wezen. En de goegemeente ook. Met dank aan de ethici die de christelijke moraal achterhaald vonden. Daardoor is de negentiende eeuw terug, in een neoliberale vorm.

 

Bron: De Standaard

Laat een reactie achter