Maarten Gerard: ‘In dit tempo stevenen we af op blackouts op de arbeidsmarkt’

Wat hebben een metaalarbeider, de poetshulp en een onthaalouder met elkaar gemeen? Schijnbaar niet zo veel, maar ze delen eenzelfde ervaring. Ze werken hard en toch dreigen ze weg te zakken in armoede.

Deze energiecrisis raakt veel mensen ongemeen hard, en waarschijnlijk voor een langere tijd. Anders dan bij andere crisissen stellen de stijgende energiefacturen mensen nu al voor moeilijke keuzes. Een economische crisis wordt meestal pas voelbaar als sociale crisis wanneer mensen in tijdelijke werkloosheid worden gezet of hun baan verliezen. Deze keer loopt de sociale crisis voor op de economische indicatoren.

Bijna iedereen voelt de gestegen facturen, de lage inkomens voorop. De poetshulp steekt elke dag meer toe van haar loon om haar transport te blijven betalen. De onthaalouder maakt de rekening tussen de energiekost voor de opvang van acht kinderen of sluiten. De metaalarbeider kijkt naar zijn factuur en legt deze naast zijn loon. Niet genoeg om uit de kosten te komen, maar wel te veel voor het sociaal tarief dat de meest kwetsbaren nog wel de broodnodige bescherming geeft tegen de hoge energieprijzen. En de spaarpotten geraken stilaan leeg. De recente federale tegemoetkoming voor november en december geeft sommigen een fractie van respijt, maar het blijft een druppel op een hete plaat voor de meesten.

We komen op een punt dat werknemers zelf één voor één zullen afschakelen. Niet van de energiemarkt, wel van de arbeidsmarkt. Uit zelfbescherming. En als de politieke profilering op kap van de werkenden blijft duren, zullen ze binnenkort de democratie afvallen. Want ondanks het mantra van deze Vlaamse regering loont werken voor veel mensen niet meer, integendeel.

Mensen nu wijzen op hun individuele verantwoordelijkheid, met wat tips hier en een premietje daar, is wraakroepend. De oorzaken van de problemen van de energiemarkt liggen dan wel buiten Vlaanderen, maar oplossingen zijn mogelijk en noodzakelijk, ook op regionaal niveau.

Tijd dat de Vlaamse regering stopt met sociale maatregelen aan de federale regering te laten en de eigen instrumenten inzet! De huurpremie en het groeipakket zijn twee inkomensinstrumenten waarmee snelle en doelgerichte ondersteuning voor de lage inkomens mogelijk is. De inflatiebonus en ongebruikte coronaprovisies bieden mogelijkheden.

De omslag naar betaalbare energie voor iedereen kan Vlaanderen pas realiseren als ze naar een collectieve aanpak overstapt op vlak van isolatie en energie. Het ongebruikte half miljard voor sociale woningen duwt vele gezinnen op de wachtlijsten nodeloos richting slecht geïsoleerde huurhuizen op de privémarkt.

Als we willen dat energietoeslagen tijdelijk zijn, moeten we ze ook overbodig maken. Een Vlaamse Renovatievennootschap die samen met lokale besturen collectief de renovatie en energievoorziening van wijken vernieuwt, kan daar de motor voor zijn. Als we een Werkvennootschap kunnen opzetten voor onze grote werven, waarom dan niet de krachten bundelen voor de grootste werf waar Vlaanderen voor staat?

Kost dit geld? Ja, maar niets doen is geen optie. Want wat zal er anders gebeuren wanneer geen fabrieksarbeider zich nog aandient, alle onthaalouders de deur sluiten en de poetshulpen het voor bekeken houden?

Bron: De Morgen

Laat een reactie achter