Jan Rosier & Ides Nicaise: ‘Bedrijven, walk the talk’

Bedrijven bekennen kleur in het Russisch-Oekraïens conflict. Waarom doen ze dat ook niet in landen die de mensenrechten al decennia aan hun laars lappen?

De invasie van Oekraïne deed westerse bedrijven beslissen zich terug te trekken uit Rusland. Er zijn meerdere redenen waarom Apple en andere bedrijven er hun activiteiten onmiddellijk hebben stopgezet, terwijl McDonald’s en Coca-Cola langer wilden blijven. Ofwel hebben ze een beperkte blootstelling aan Rusland (omdat de Russische economie relatief klein is), maken ze zich zorgen over de veiligheid van hun personeel of profiteren ze van reputatiewinst als ze snel het land verlaten. Een meerderheid van de Amerikanen steunt trouwens de bedrijven die actie ondernemen in plaats van alleen een verklaring af te leggen.

Sommige CEO’s verdedigen de beslissing om zich terug te trekken met het argument ‘dat de oorlog en de voortdurende bedreiging van vrede en stabiliteit niet in overeenstemming zijn met onze waarden’. Maar dan begrijpen wij niet waarom bedrijven zich terugtrekken uit Rusland omdat het een ander land aanvalt, maar zich niet terugtrekken uit landen waar de mensenrechten al decennia worden geschonden. Mensenrechten zijn toch ook fundamentele waarden? Is de agressieve inval in Oekraïne geen symbool voor een gebrek aan inzicht in wat die waarden zijn? We moeten durven de vraag te stellen wat de plaats is van ondernemingen die maatschappelijk verantwoord willen ondernemen in landen waar mensenrechten worden geschonden.

Veel bedrijven hadden er voor de Oekraïense oorlog geen probleem mee zaken te doen in Rusland, waar Vladimir Poetin critici als Anna Politkovskaya en Alexander Litvinenko liet vermoorden. Het was voor minister-president Jan Jambon (N-VA) ook geen probleem om vorig jaar met een handelsmissie naar de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) te trekken, waar de Britse student Matthew Hedges veroordeeld werd tot een levenslange gevangenisstraf omdat zijn onderzoek leidde tot iets wat de lokale elite niet verdraagt, waar democratie onbestaande is en middeleeuwse martelpraktijken worden toegepast. Cisco Systems levert aan China technologie die wordt gebruikt voor het identificeren van politieke dissidenten. Als bedrijven opperen dat de invasie van Oekraïne door Rusland ingaat tegen hun waarden, past het opsluiten en elimineren van kritische burgers dan wél in die waarden?

Niet onder de indruk

Er is lang geopperd dat een dictatuur die vandaag geen critici verdraagt morgen kan uitgroeien tot een vreedzame democratie door de welvaartscreatie van de vrije markt. Waarom zouden we ons zorgen maken over mensenrechten als het maar een kwestie van tijd is voor we de democratische erfenis van het vrijemarktmechanisme zien bloeien? Verklaarde Francis Fukuyama in zijn essay ‘Het einde van de geschiedenis en de laatste mens’ niet dat naties die het kapitalisme en de vrije markt omarmen, evolueren naar vreedzame liberale democratieën omdat de welvarende middenklasse vrijheid en politieke macht zou nastreven? Dat is een interessant idee, maar Peking en Moskou waren niet onder de indruk (en de VAE ook niet).

Dertig jaar na ‘Het einde van de geschiedenis en de laatste mens’ blijven Rusland en China streven naar een autoritair/totalitair systeem, proberen ze het kapitalisme te combineren met staatsinmenging en leggen ze almaar meer de nadruk op nationalisme. Of Rusland en China bereid zijn uit te groeien tot vrije, vreedzame democratieën door de welvaartscreatie van de vrije markt is een groot vraagteken. In plaats van evolutionaire liberalisering te ondergaan is in China de leninistische partijstaat de afgelopen jaren zelfs teruggekeerd naar een vorm van neo-stalinistische heerschappij over een toenemende groep welvarende, maar monddode burgers.

Bij de Verenigde Naties verzetten beide landen zich voortdurend tegen westerse pogingen om druk uit te oefenen op regeringen die repressief omgaan met hun bevolking. Zo ontstond volgens Robert Kaplan een ‘informele bond van (staatskapitalistisch georiënteerde) dictators, ondersteund en beschermd door Moskou en Peking’.

Veel bedrijven trokken zich terug uit Rusland, maar zijn nog actief in Wit-Rusland, dat de oorlog aanvuurt en onafhankelijke journalisten vervolgt.

Veel bedrijven trokken zich terug uit Rusland, maar zijn nog actief in Wit-Rusland, dat de oorlog aanvuurt en onafhankelijke journalisten vervolgt. Vrijhandel schept vrede, werd hier ooit in De Tijd geopperd. Maar geldt dat ook als dictaturen in die vrijhandel worden betrokken of landen een ander volk stelselmatig beroven en onderdrukken, zoals Israël doet met de Palestijnen en China met de Oeigoeren?

Onderdrukking

Wij begrijpen niet hoe ondernemingen zich sterk maken dat ze maatschappelijk verantwoord ondernemen, maar zich niet terugtrekken uit landen waar kritische burgers om het leven worden gebracht of die repressieve regeringen ondersteunen met een antidemocratisch ideeëngoed. Ze maken die alleen maar sterker, verstevigen er de oorlogskas, en helpen mee aan de onderdrukking van democratiserende bewegingen doordat ze de nomenclatuur de middelen geven om onderdrukking te professionaliseren.

Laat de beslissing van bedrijven om kleur te bekennen in het Russisch-Oekraïense conflict een wake-upcall zijn om het debat over maatschappelijk verantwoord ondernemerschap en ethisch financieren een nieuw elan te geven, los van opportunisme en emopolitiek.

Bron: De Tijd

Laat een reactie achter